T O M R O O D U I J N
31 maart 1999
De tien e-mail-geboden (2)
Gisteren besteedde ik op deze plaats aandacht aan de gevolgen van het
toenemend e-mail-verkeer. Anders dan bij papieren briefwisselingen
ontbeert e-mail-correspondentie elke richtlijn of etiquette. Dat maakt
het beantwoorden van e-mails, zeker als het er dagelijks enkele tientallen
zijn, tot een tijdrovende en ingewikkelde aangelegenheid. Ter
stroomlijning stelde een werkgroep aan de Harvard Business School in
Boston (en niet in Philadelphia zoals ik gisteren abusievelijk melde)"
een 'first draft' van 'De tien e-mail-geboden' samen. Gisteren
publiceerde ik de eerste helft, hieronder de laatste vijf.
6.
Gij zult de ketting verbreken.
Staat u op lijsten van groepsgewijs verzonden mail of neemt u deel aan
een ketting-mail? Dan weet u dat dit verschijnsel u soms ongewenst kan
achtervolgen, maar ook dat het veel tijd en schijfruimte kost.
Onderhoudt u zulke correspondentie in de baas zijn tijd, dan komt dat
uiteraard op zijn conto. (Neem alleen al het verlies aan bandbreedte ten
gevolge van alle Bill Gates-moppen...). Dit soort veelkoppige monsters
moet zo snel mogelijk de mond worden gesnoerd.
7.
Gij zult niet roddelen of geruchten verspreiden.
Geef geen geruchten of insinuaties over bestaande mensen door, dit kan
op u zelf terugslaan en u achtervolgen. E-mail kan gemakkelijk worden
'geforward' (doorgezonden) naar de verkeerde persoon, of erger, naar het
onderwerp van uw roddel of vijandigheid. Niet alleen heeft e-mail de
onbetrouwbare eigenschap te kunnen worden opgerakeld, het kan ook tegen
u worden gebruikt in rechtszaken -zoals Microsoft ondervond.
8.
Wat gij niet wilt dat u geschiedt...
Beledigen, schelden of 'flaming' is misschien onder bepaalde
omstandigheden uw eerste impuls, probeer tegelijkertijd te bedenken wat
u ermee aanricht. Bedenk ook hoe u op de ontvangst van een dergelijke e-mail zou reageren. Meestal heeft u er later spijt van. Belangrijk
criterium: Zou u de tekst van uw e-mail mondeling tot de geadresseerde
richten? Zo niet, stuur dan ook de e-mail niet.
9.
Gij zult niet te pas en te onpas e-mailen.
Houd steeds de hiërarchie van de intermenselijke communicatie voor
ogen. Allereerst komt het contact onder vier ogen, daarna het
telefoongesprek, daarna de voice-mail en vervolgens e-mail. Rechtstreeks
contact heeft de meeste en e-mail de geringste zeggingskracht op de
schaal van het intermenselijke contact. Het is al moeilijk genoeg om te communiceren
onder optimale omstandigheden, bij e-mail liggen de misverstanden het
meest op de loer. Belangrijke boodschappen dienen dus persoonlijk te
worden meegedeeld, en desnoods telefonisch of per voice-mail. Voor
officiële of juist heel persoonlijke mededelingen gaat de voorkeur
uit naar de brief op papier.
10.
Gij zult geen perfectie nastreven.
Als het volkomen foutvrij moet zijn, doe het dan niet per e-mail.
E-mail-communicatie evenaart de Bermuda-driehoek als het aankomt op
schade en schipbreuk die uw boodschappen kunnen lijden. Uw ongetwijfeld
uitstekende interpunctie, spelling en grammatica kunnen op mysterieuze
wijze geweld worden aangedaan - en vaker door uw eigen toedoen dan u
zich waarschijnlijk realiseert. Als u een belangrijke boodschap per se
e-mail-matig wilt versturen, print hem dan eerst uit en lees hem dan
regel voor regel na op fouten.
Maar wanneer u zichzelf betrapt op het geregeld printen van uw e-mail,
betekent dat, dat òf u òf de afzender de bedoeling van het
medium niet helemaal goed heeft begrepen.
|