C O L U M N S  
NIEUWS  |  TEGENSPRAAK   |  SUPPLEMENT   |  AGENDA   |  ARCHIEF   |  ADVERTENTIES   |  SERVICE  

DE DRAAD
Eerder verschenen
columns

De column De Draad verschijnt vijf keer
per week.
Lees De Draad en

schrijf Tom Rooduijn rooduijn@nrc.nl

JL HELDRING
HJA HOFLAND
YOUP VAN 'T HEK
KAREL KNIP
ELSBETH ETTY
ROEL JANSSEN


T O M   R O O D U I J N


25 januari 1999

Webjunkie (5)


Op de vorige week beschreven vormen van webverslaving ontving ik een aantal vrijmoedige reacties. Het verschijnsel van een plotselinge verslingerdheid aan het 'chatten' bleek door lezers te worden herkend, vooral als de oorzaak daarvan een virtuele ontmoeting betrof met iemand naar wie na verloop van tijd meer dan vriendschappelijke gevoelens uitgingen.

,,Ik denk dat het inderdaad zo is dat mensen verslaafd kunnen worden, gezien de anonimiteit waarachter ze zich kunnen verschuilen'', schrijft Michel Dijkgraaf (,,Al 5 jaar in de automatisering werkzaam en vanaf het begin op het net.'') Opvallend aspect van de reacties is dat een geobsedeerd Internet-gedrag van tijdelijke aard blijkt te zijn en men het, alvorens het kan worden gestaakt, eerst ad nauseam dient te ondergaan. Er zijn twee conclusies mogelijk: de afhankelijkheid is minder blijvend en omvangrijk dan bij andere verslavingen, òf alleen afgekickten en renegaten durven hun verhaal te doen. Verslaafden aan sekssites (al of niet afgekickt), de groep waarover het stukje van vrijdag ging, reageerden in het geheel niet. Wellicht toch te taboebeladen? Maar nu eerst het woord aan Dijkgraaf.

,,In het begin was bij mij het chatten ook een nieuwe ervaring, en deed ik het erg vaak, maar naarmate ik langer chatte, zakte mijn interesse. Wat ik in die periode aan gal over me heengespuwd kreeg, van mensen over de wereld, die allerlei privézaken zoals verkrachtingen etc. bekenden en er heel diep op in gingen, dat wil je niet weten. Het chatten zou je voor een bepaalde groep ook een vorm van een preekstoel kunnen noemen, met zo'n priester in het ene kabinet en jij als opbiechter in de andere. Het idee dat je alles kan vertellen, maar de controle om het gesprek te verbreken zelf hebt, dat is natuurlijk perfect, en een van de grootste redenen waarom iemand überhaupt anoniem zijn verhaal bij je kwijt kan.''

,,Ik verbaasde me erover hoe makkelijk dingen "ingetikt" worden, om over afspraakjes via internet nog maar niet te spreken. Je kan zelf een plek kiezen, en als je niet wilt gaan, dan ga je gewoon niet. Je hebt geen verplichtingen, maar kan van alles afspreken en zijn. Dat is waarom mensen graag chatten, je kan zijn wie je zijn wilt. En je kan dit doen in elke gewenste stemming. Ben je chagrijnig, dan maakt dat niet uit, als je iets intikt dan is dat gevoelloos.''

Dijkgraaf besluit zijn missive met de conclusie: ,,Het web is een gevoelloze put, waarin mensen hun anonieme verhaal kwijt kunnen.'' Dat deze visie ook een keerzijde heeft, blijkt uit het relaas van een internetter die anoniem wenst te blijven. Hij raakte verwikkeld in een stormachtige virtuele romance, een 'cyberrelatie' met een vrouw terwijl hij boogt op een uitstekende verhouding met zijn vriendin. ,,Het was voor mij de eerste keer en de laatste keer'', steekt anonymus van wal. ,,Niet omdat ik er een slechte ervaring mee heb gehad, integendeel zelfs.'' In dit gedrag van schuld en boete toont zich de overeenkomst met eet-, rook- of drankverslaafden: het afzweren van de gewoonte als de kater daar is.

,,Op de een of andere manier was dit zo ontzettend spannend'', vervolgt hij, ,,misschien nog wel spannender dan in real life?! Alleen vind ik dat veel mensen denken dat mensen die internetten hopeloze gevallen zijn. Hier wil ik me erg aan storen. Ik heb zelf veel vrienden en vriendinnen, maar ik zocht iets "anders". Ik ben op een gegeven moment wezen chatten op een site van 538. Nooit met de intentie om een liefje te vinden. Maar meer om te kijken wat het was. Ik zag dat er veel mensen daar zijn die iedereen in de maling willen nemen, maar die pik je er dan ook zo uit.''

,,Na een tijdje hangen op het net kreeg ik een privéberichtje van iemand. Ik dacht: "Laten we eens reageren". En zo ging het plotseling verder en verder. In het begin was het puur voor de lol. Op een gegeven moment kwamen we op een punt dat we gingen afspreken op de 538-site. De volgende dag... ja hoor... daar is ze weer. En daar gingen we weer. Gewoon leuke gesprekken. Ik merkte dat het de andere kant op ging. Opeens kwamen er I love you's en I miss you's, noem maar op. In het begin schrok ik er van, maar ik deed gewoon gezellig mee. Het werd maar erger en erger. Elke dag chatten en dan niet voor een uurtje, nee voor een paar uur achter elkaar.''

De volgende stap was een uitwisseling van email-adressen. ,,Ik schrok er een beetje van, omdat het toch iets persoonlijks van je is en eigenlijk weer een stapje verder is. Dus ik dacht.. nou dat doe ik gewoon want ik had al een erg vertrouwd gevoel met haar. Dus daar gingen we weer... veel over en weer mailen en vooral om afspraken te maken met elkaar op de 538-site. De gesprekken werden intiemer en intiemer, maar allemaal op een ontzettend prettige manier.''

,,Vreemd genoeg vond ik het niet erg wat ze aan me vroeg, ik vertelde het toch wel. Waarschijnlijk omdat je je meer open wilt stellen dan dat je normaal doet als je iemand in real life ontmoet. Raar maar waar. Het zal wel "makkelijker" zijn om over gevoelens te praten via het net. Na ruim twee weken kwam mijn cyberliefde op een punt dat ze mijn stem wilde horen. De trillingen en hartkloppingen gingen door me heen. Tegelijkertijd schrok ik me te pletter en voelde ik me heerlijk.''

Morgen het vervolg.

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)