C O L U M N S  
NIEUWS  |  TEGENSPRAAK   |  SUPPLEMENT   |  AGENDA   |  ARCHIEF   |  ADVERTENTIES   |  SERVICE  

DE DRAAD
Eerder verschenen
columns

De column De Draad verschijnt vijf keer
per week.
Lees De Draad en

schrijf Tom Rooduijn rooduijn@nrc.nl

JL HELDRING
HJA HOFLAND
YOUP VAN 'T HEK
KAREL KNIP
ELSBETH ETTY
ROEL JANSSEN


T O M   R O O D U I J N


19 januari 1999

Webjunkie


Hij lichtte de bank op om zijn aankopen op online-veilingen te bekostigen. Het hypnotiserende zwarte gat van cyberspace dreef hem van kwaad tot erger. Hij raakte op den duur zo bezeten van Internet dat het echte leven geen betekenis meer voor hem had. Online spelletjes, cyberseks en suïcidale gedachten joegen hem voort. Alle waarschuwingen en therapieën ten spijt is deze anonieme webjunkie er nog altijd niet in geslaagd de verslaving die zijn leven ruïneerde een halt toe te roepen.

Zijn webjunkies en 'dataholics' fictie of werkelijkheid? Volgens een artikel in PC World - waaruit bovenstaand voorbeeld - is hier sprake van een groeiend probleem, waarmee verslavingsklinieken terdege rekening moeten houden. Excessief Internetgebruik is volgens het blad in de VS al verantwoordelijk voor talrijke echtscheidingen, ontslagen en psychische inzinkingen. Psychologe Maressa Hecht Orzack, oprichter van de Computer Addiction Service in het McLean Hospital te Belmont (Mass.), vertelt dat ze bij families komt waar kinderen letterlijk bij de computer moeten worden weggesleept. Een volwassen cliënt raakte zo bezeten van het net, dat hij zijn opleiding, zijn vrouw en zijn offline-vrienden liet schieten.

Al plegen therapeuten de neurose waarin ze zijn gespecialiseerd verontrustender af te schilderen dan zij in werkelijkheid is, ook uit een artikel in Le Monde (10/11 januari) blijkt dat we hier met een serieuze problematiek te maken hebben. 'Netaddiction' is vergelijkbaar met drank- en gokverslaving of kleptomanie, met dezelfde afkickverschijnselen bij onthouding. Toch was de arts Kimberly Young, auteur van het boek Caught in the Net, nog verrast door het grote aantal reacties dat zij kreeg op de door haar geopende website over netverslaving. Young ontwikkelde een vragenlijst voor het stellen van een diagnose en een - betaalde - therapie via de elektronische post. ,,De aantrekkingskracht van het net schuilt niet in de verstrekte informatie'', legt deze 'eerste virtuele psycholoog' de krant uit, ,,maar in de relaties die erdoor ontstaan''. Daarvan wordt 'de gebruiker' (in de dubbelzinnige betekenis van het woord) sluipenderwijs geestelijk afhankelijk.

Volgens Maressa Hecht Orzack, die ook in de Franse krant sprekend wordt ingevoerd, verdienen vooral scholieren en studenten de aandacht van de verslavingszorg. ,,Als ze deelnemen aan chatsessies krijgen ze de indruk ergens bij te horen, aan deel te nemen. (...) Het is leuk en het vergroot de gezaghebbendheid en identiteit, maar via de omweg van de verbeelding. Een aantal geraakt in een onthoudingscrisis als er geen verbinding meer is. Ik neem bij die patiënten een onvermogen waar om de impulsen te onderdrukken, zoals bij speelverslaafden, waartoe het net uitnodigt.'' Orzack constateerde bij cliënten met dergelijke verschijnselen een depressie of een 'narcistisch zelfbeeld'. Ze noemt ter illustratie het kind van acht dat bij een familiereünie achter de computer bleef zitten: ,,Ik heb haar moeder gezegd dat als ze haar kind geen beperkingen zou opleggen, er later probleem konden komen.''

Onlangs las ik in een krant het relaas van een gokverslaafde die zijn bedrijf er in een jaar doorheen had gejaagd en nu - vrouw- en brodeloos - in de ontwenningsfase verkeerde. Hij bezocht daartoe dagelijks het casino, waar hem een 'speelverbod' was opgelegd, nu om te zien hoe anderen hun geld over de balk smeten. Zou de webverslaafde kunnen afkicken door regelmatig een cybercafé te bezoeken?

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)