C O L U M N S  
NIEUWS  |  TEGENSPRAAK   |  SUPPLEMENT   |  AGENDA   |  ARCHIEF   |  ADVERTENTIES   |  SERVICE  

DE DRAAD
Eerder verschenen
columns

De column De Draad verschijnt vijf keer
per week.
Lees De Draad en

schrijf Tom Rooduijn rooduijn@nrc.nl

JL HELDRING
HJA HOFLAND
YOUP VAN 'T HEK
KAREL KNIP
ELSBETH ETTY
ROEL JANSSEN


T O M   R O O D U I J N


9 november 1998

Krant onder druk


Elektronische uitgaven als deze worden door dagbladjournalisten nog altijd met enige scepsis - en soms met nauw verhuld dédain - bekeken. Waarom het papier - voor journalist, adverteerder en lezer al zo lang het vertrouwde medium om elkaar dagelijks te ontmoeten - plotseling verruilen voor het beeldscherm? Voor de papieren krant is veel te zeggen: hij laat zich overal mee naartoe nemen, de foto's zijn fraai gereproduceerd en je vindt in de overzichtelijk gerangschikte pagina's gemakkelijk je weg. Het beeldscherm is statisch, geeft tekst en foto's priegelig of juist korrelig weer en het kost soms enige tijd te vinden wat je zoekt - áls je het al vindt.

Toch is het tijdperk nabij, dat journalisten van elektronische media met recht de papieren pendanten met reserve bezien. Dat is althans de overtuiging van de onlangs op het proefschrift 'Newspapers, A Lost Cause?' gepromoveerde Patrick Hendriks. Na een uitgebreid onderzoek bij kranten in Nederland en de Verenigde Staten kwam Hendriks tot de conclusie dat het Nederlandse dagbladbedrijf zit te suffen: terwijl de oplagen stagneren en de advertentie-inkomsten onder druk staan, wordt geïnvesteerd in nieuwe drukpersen en kleurenbijlagen om dagelijks een nog aantrekkelijker pak papier bij de lezer te bezorgen.

Dat beleid is geheel in strijd met de werkelijke ontwikkelingen op de lezersmarkt, meent Hendriks. Rubrieks- en personeelsadvertenties zijn bij uitstek geschikt om in elektronische vorm te verspreiden, maar de kranten doen weinig tot niets om een on-line-annoncerubriek op te zetten. Kranten dreigen aldus niet alleen belangrijke inkomstenbronnen te verliezen, maar zich ook te vervreemden van de jongere lezer die gewend is informatie van het beeldscherm te halen. De krant is aan het eind van zijn levenscyclus, betoogde Hendriks; als de uitgevers de bakens niet gauw verzetten sterven hun titels, met de laatste generatie die gewend is van papier te lezen, vanzelf uit.

,,Het is toch een schande dat er in Nederland niet eens een behoorlijke nieuwssite is'', verzuchtte Hendriks vorige week op een bijeenkomst van het Persinstituut en het Bedrijfsfonds voor de Pers. Met zo'n site bedoelde de onderzoeker een 24 uurs on-line-dienst, waarop het laatste nieuws permanent wordt weergegeven. ,,Een krant als NRC heeft als nieuwsleverancier een sterkere positie in de hoofden van de consument dan MS/NBC'', verwees Hendriks naar de succesvolle 'portal' van Microsoft en NBC. ,,Nog wel. De krant moet daarop kapitaliseren.''

Journalisten, marketing-deskundigen en technologen zouden gezamenlijk nieuwe diensten moeten ontwikkelen om de buitenlandse bedreiging, zowel op de lezers- als de advertentiemarkt, het hoofd te bieden. Dat raakt de kern van Hendriks' betoog: niet zozeer het 'produkt' van dagbladredacties moet veranderen, maar het 'exploitatiemodel'. Het krantenbedrijf zou zich moeten omvormen naar een 'flexibele nieuwsorganisatie', waarbij de deskundigheid - nieuwsgaring en -duiding - ook zou moeten worden benut voor andere uitingsvormen dan de papieren uitgave: naast elektronische diensten bijvoorbeeld ook televisie en multimedia.

Een krant is een 'momentopname' van wat er de afgelopen 24 uur in het land, in de wereld, op de culturele podia, op de beurs, op de sportvelden, etcetera, is gebeurd. Het vervaardigen en distribueren van die opname is in de loop der jaren steeds sneller gegaan - en zit nu aan de grens van het mogelijke. Inmiddels beschikt het dagbladbedrijf over een kanaal waarmee een aantal logistieke belemmeringen - drukken, bezorging - wordt overwonnen: u zit daar nu naar te kijken. Toch worden deze pagina's, volgens het traditionele ritme van het dagbladbedrijf, elk etmaal ververst.

Een krant die een 24-uurs nieuwsdienst opzet, wordt geconfronteerd met een aantal principiële vragen. Bijvoorbeeld: heeft het nog zin twee pagina's te besteden aan de beurskoersen, terwijl die bij het verschijnen van de krant alweer achterhaald zijn? Moet het accent in de papieren versie niet worden verlegd van nieuwskrant naar een compacte krant van achtergrond, duiding en commentaar?

Het dagblad in zijn huidige vorm zal nog wel even bestaan, maar de technologische mogelijkheden en het daardoor veranderende lezersgedrag dwingen de uitgever tot grotere alertheid dan hij nu tentoonspreidt.

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)