C O L U M N S  
NIEUWS  |  TEGENSPRAAK   |  SUPPLEMENT   |  AGENDA   |  ARCHIEF   |  ADVERTENTIES   |  SERVICE  

DE DRAAD
Eerder verschenen
columns

De column De Draad verschijnt vijf keer
per week.
Lees De Draad en

schrijf Tom Rooduijn rooduijn@nrc.nl

JL HELDRING
HJA HOFLAND
YOUP VAN 'T HEK
KAREL KNIP
ELSBETH ETTY
ROEL JANSSEN


T O M   R O O D U I J N



27 mei 1998

De hut van oom Tim


Toen Tim Krabbé twaalf was droomde hij ervan verhalen te schrijven, die hij zou stencillen en huis-aan-huis in de omgeving zou verspreiden. En hij droomde van een geheime hut waarin hij schatten had, die hij exclusief aan een paar voorbijgangers liet zien.

Die dromen zijn volgens Krabbé uitgekomen met de opening van zijn eigen homepage: ,,Ik zit thuis, en uit de hele wereld komen de brievenbussen bij mij langs om mijn verhalen te lezen en mijn schatten te zien - tenminste, dat kan ik dromen.'' De ontdekking dat hij met zijn ,,mondje steenkolen-HTML'' de deuren van zijn hut zodanig opende dat die ,,toegang tot alle landen van de wereld'' gaven, was voor Krabbé een openbaring. Hij raakte gefascineerd door de geheimen van Internet-pagina's; hoe die konden worden ontraadseld door naar de codering te kijken - en hoe die desgewenst konden worden 'gestolen' door ze te kopiëren. ,,Alles kan, en je kan alles bij elkaar graaien, overal vandaan - met als koevoet de rechter muisknop.'' De auteur verzet zich tegen sceptici die beweren dat op Internet alleen maar 'onbenulligheden' worden uitgewisseld en dat je informatie sneller in een encyclopedie vindt. Ook al zou dat zo zijn, stelt Krabbé, ,,is het niet fantastisch dat iedereen nu over de hele wereld kan uitroepen hoe depri hij is, langs satellieten die voor miljarden de hemel zijn ingeschoten?'' De auteur vindt wel degelijk veel de moeite waard op Internet. Hij vergelijkt de scepsis die het medium oproept met een uitvinding die de zwaartekracht zou opheffen: ,,Dan zullen diezelfde zuinige mondjes zeggen: 'En wat doen de mensen er helemaal mee? Een beetje zweven'.''

Het plezier dat Krabbé aan het medium ontleent, straalt ook van zijn homepage - en die van zijn zoon Esra - af. Hij doet verslag van een Internet-schaak-scéance in een artikel dat in 1995 in 'New in Chess' verscheen en herpubliceert 'De verdwenen verdwijning'. In dit laatste, in 1993 in 'Esquire' verschenen verhaal doet hij verslag van de zoektocht naar de vrouw uit het krantenknipsel, dat de aanleiding vormde tot het schrijven van 'Het Gouden Ei' (verfilmd als 'Spoorloos' en als 'The Vanishing').

Hieruit blijkt dat achter de verdwijning van de 18-jarige Pascale Lefebvre volstrekt andere motieven schuil gingen dan achter die van het door Krabbé verzonnen personage. Welke, dat moet u zelf maar lezen (http://www.xs4all.nl/~timkr/); de auteur is een verklaard tegenstander van het verklappen van een plot in secundaire literatuur.

P.S.:
In De Draad over de Weinreb-site (25 mei) schreef ik dat de samenstellers hiervan zich angstvallig in anonimiteit hullen omdat ze niet reageerden op mij e-mail. Dit bleek niet helemaal juist te zijn; om onnaspeurlijke redenen was de reactie - maar liefst twee stuks - terecht gekomen in de mailbox van mijn echtgenote.

Hieronder een samenvatting:
,,Het is de bedoeling dat alle informatie die wij willen verstrekken op deze site zal komen te staan'', schrijft Frits Weinstein (heet hij werkelijk zo, of is dit een doorzichtig pseudoniem?). ,,Het is een hommage aan de man die ons veel kostbaars gegeven heeft. De homepage start in het jaar 1998 en dat is 10 jaar nadat hij overleden is. Wat hij ons gegeven heeft dat zullen wij naar ons beste vermogen proberen te laten zien en daar inhoud aan geven.''

Mijn veronderstelling dat op de site uitsluitend bijdragen staan van Weinreb-adepten, wordt door 'Weinstein' weersproken. ,,Er is ook, zij het beperkte, ruimte voor negatief getinte stukjes. Wel is het van belang dat deze negativiteiten iets bijzonders moeten hebben. Bijv. de persoonlijke ervaringen van Loe de Jong met Weinreb of van de rechter die hem toentertijd veroordeelde, maar het mag ook de persoonlijke ervaring van een ander persoon zijn bijv. een oud NSB'er. Wel is het zo dat wij de redactie daarvan behouden.''

Maar voor ,,de meningen van instituties of bedrijven zoals het RIOD'' zegt Weinstein op zijn site geen plaats te willen inruimen: ,,Deze kunnen het best op hun eigen wijze hun visies ventileren.''

Een raadselachtig antwoord op mijn verzoek om meer informatie komt van Lourens Hupkes: ,,Wij hebben uw bericht ontvangen. U kunt de ontwikkeling van de site blijven volgen. Niet wij zijn here focuspoint maar F. Weinreb! Indien u interessante informatie voor ons heeft, dan ontvangen wij die graag. Dit mag zowel positief als negatief nieuws zijn. Bij plaatsing houden wij het recht voor dit te redigeren.''

Evenals de mail van Weinstein is die van Hupkes ondertekend met 'F. Weinrebs'.

Het motto van Nico Scheepmaker dat Tim Krabbé voor zijn homepage koos, zou ook de samenstellers van de Weinreb-site niet misstaan:

Wij moeten met fijn gevoel
en met heilige overtuiging
geloven in wat de dichter
per ongeluk heeft gezegd.


    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)