Opinie
In het web
(10 mei 1996)
Het is al weer twee jaar geleden dat de Tweede Kamer een motie
aannam waarin werd gevraagd om een parlementair onderzoek naar de
opsporingsmethoden van justitie en politie en de controle daarop. Toen
was ook reeds duidelijk waarom de Kamer dat onderzoek wilde.
Ontspoorde opsporing
(30 april 1996)
Een besluitenlijst van twee dozijn 'activiteiten' vormt het
sluitstuk van de nadere reactie van het kabinet op de parlementaire
enquete over de ontspoorde opsporingsmethoden. De lijst is niet
uitputtend en verschillende activiteiten bestaan uit verscheidene
onderdelen.
Inzake Van Traa
(20 april 1996)
Om het bij de materie behorende spraakgebruik te hanteren: de pro-actieve fase van de parlementaire enquêtecommissie opsporingsmethoden is deze week afgesloten. Drie dagen lang sprak de Tweede Kamer met de commissie uit haar midden over het in totaal 6700 pagina's (inclusief bijlagen) tellende rapport.
Het OM moet terug naar zijn kerntaken
(16 april 1996)
De openbare verhoren van de commissie-Van Traa maakten duidelijk dat
het openbaar ministerie in een diepe crisis verkeert. Maar volgens T.M.
Schalken wordt die noodsituatie verkeerd geanalyseerd. Het gaat niet zozeer om
een juiste verantwoording van het OM, maar om de vraag hoe het moet worden
geleid en welke rol het heeft.
Ontsporing in Haarlem
(5 april 1996)
Jaren geleden signaleerden ingewijden in kleine kring de komst van
de internationaal georganiseerde misdaad naar Nederland. Twijfel was hun
deel. Inmiddels hebben politie en justitie de eerste grote slag tegen
die inmiddels ingeburgerde vorm van criminaliteit verloren.
Voorstellen Van Traa gaan nog niet ver
genoeg
(2 april 1996)
Binnenkort debatteert de Tweede Kamer over de aanbevelingen van de
commissie-Van Traa en de reactie daarop van het kabinet. In dat debat zal
de aanpak van de problemen worden vastgelegd. Die aanpak zal bestaan uit
twee onderdelen: wettelijke normering van opsporingsmethoden en
organisatorische maatregelen om aan de gezags- en organisatiecrisis het hoofd te
bieden.
Hakken in het zand
(1 april 1996)
Een echt spreekverbod mocht het niet heten. Maar het bleef
opmerkelijk hoe goed een aantal hoofdrolspelers in de parlementaire
enquete over de bijzondere opsporingsmethoden de tong in bedwang heeft
weten te houden bij en na de presentatie van het opzienbarende
eindrapport door de commissie-Van Traa. Had dit dan toch geleid tot
zelfinkeer en bezinning in kringen van politie en justitie?
Zet het rapport-Van Traa op Internet
(4 maart 1996)
Het eindrapport van de commissie-Van Traa is op cd-rom uitgebracht.
Wie denkt voor een paar kwartjes klaar te zijn heeft het mis. De uitgever,
Sdu, heeft een monopoliepositie en kan feitelijk vragen wat hij wil. Het
wordt tijd dat de Tweede Kamer een openbaar debat wijdt aan het uitgeven
van eigen stukken, vindt Dick van Eijk.
Hoofdpijnfunctie
(22 februari 1996)
De staaatssecretaris van Justitie, Schmitz, heeft het zichzelf wel
onnodig moeilijk gemaakt door de conclusies van de enquêtecommissie-Van
Traa te recenseren.
Na Van Traa (2)
(21 februari 1996)
Geheimhouding was een sterke preoccupatie van de parlementaire
enquêtecommissie-Van Traa over de bijzondere opsporingsmethoden. De
vijand luisterde immers mee.
Commissie-Van Traa levert half werk inzake opsporing
(14 februari 1996)
Na de ,,schok van herkenning", zoals minister Sorgdrager van Justitie het twee weken geleden noemde, is de algemene reactie op het 4.900 pagina's tellende parlementaire werkstuk Inzake Opsporing er een van een oorverdovende stilte.
Na Van Traa (1)
(3 februari 1996)
Collectieve schuld leidt niet zelden tot de belofte van collectieve
verbetering. De eerste reacties uit de politiek op het eindrapport van
de parlementaire enquêtecommissie opsporingsmethoden voldoen volledig
aan deze stelregel.
Van Traa geeft klappen, tikken en vingerwijzingen
(1 februari 1996)
Er is vrijwel niemand in het politie- en justitie-apparaat die geen
negatieve beoordeling krijgt, al zijn er gradatieverschillen. Van Traa en
de zijnen delen klappen, tikken en vingerwijzingen uit.
De opsporing...
(1 februari 1996)
Justitie en politie bevinden zich in een crisis, zegt de parlementaire enquêtecommissie-Van Traa over de opsporingsmethoden.
Ministers vooralsnog gespaard
(1 februari 1996)
Het feit dat de enquêtecommissie opsporingsmethoden nalaat een
expliciet oordeel te vellen over de bewindslieden van justitie en
binnenlandse zaken, D66-minister Sorgdrager en VVD-minister Dijkstal, betekent
allerminst dat daarmee het laatste woord is gezegd.