F I L M A R C H I E F
|
![]()
OUDE
NUMMERS |
Lekker vies doen in een kuuroordHANS BEEREKAMPDe naam van Dr. John Harvey Kellogg zou allang vergeten zijn, als hij niet nog steeds prijkte op de verpakking van zijn beroemdste uitvinding: de gezondheid garanderende, van maïsmeel geroosterde ontbijtvlokken, die ook bij ons luisteren naar de Engelse naam corn flakes. Aan het begin van de eeuw moet de reputatie van Dr. Kellogg als gezondheidsgoeroe in Amerika legendarisch geweest zijn. Kellogg leidde een 'sanatorium' in Battle Creek, Michigan waar welgestelde burgers zich tegen forse betaling konden onderwerpen aan het straffe regime van een strikt vegetarisch dieet, vijf klysma's per dag en totale seksuele onthouding. Ook beschikte het kuuroord over een keur aan wonderlijke martelwerktuigen, zoals elektrische stimulatoren, trilbanden en stoombaden. Twee jaar geleden publiceerde T. Coraghessan Boyle de roman The Road to Wellville, die de curieuze wederwaardigheden van Dr. Kellogg verwerkte tot een satire op de nog steeds in menige behoefte voorziende gezondheidsobsessie. De Engelse regisseur Alan Parker baseerde op die roman weer zijn gelijknamige speelfilm, die kosten noch moeite spaart om de kijker te trakteren op fotogenieke aanstellerij uit de oude doos. Niemand minder dan Anthony Hopkins speelt de Victoriaanse wonderdokter, met aangeplakte konijnetandjes en een opzwepende geestdrift. Ook de overige rolbezetting is imposant en herbergt onder meer Bridget Fonda en Matthew Broderick als een dweperig echtpaar, John Cusack als concurrerende kwakzalver die later Coca-Cola op de markt zal brengen en Dana Carvey (Wayne's World) als de opstandige, verwaarloosde zoon van de arts. De formule van The Road to Wellville, die een panoramisch, tussen feit en fictie zwevend tijdbeeld à la Ragtime oproept, belooft veel goeds. De altijd op effectbejag verzotte Parker is in dit soort spektakel op z'n best, als een reclamefilmer die pornografische ansichtkaarten mag reconstrueren. Vooral aan de 'baarmoedermassage' van Fonda, uitgevoerd door een Duitse charlatan die wel eens Freud gelezen heeft, beleeft Parker zichtbaar plezier. Waarom is deze verzorgde en onderhoudende A-film dan toch slechts een exclusieve uitbreng in de videotheek beschoren? De enige verklaring ligt in Parkers overenthousiaste zwelgen in zijn eigen vulgariteit. Er wordt gekotst, gebloed, gestorven, gemasturbeerd, gepurgeerd en met poep gegooid dat het een lieve lust heeft. Die overdaad valt te verdedigen als aanval tegen de hypocrisie van de gezondheidsmafia, die immers lichamelijke behoeften op kunstmatige wijze tracht uit te bannen. Maar Parker is Brits genoeg om vies doen ook gewoon lekker te vinden.
In The Road to Wellville komt Parker zo merkwaardigerwijs in de buurt van de obsessies van zijn grootste vijand. Hij noemde ooit het zuivere feit dat Peter Greenaway ook in Engeland films maakt, een reden om naar Hollywood te emigreren. Daar ontmoette hij inmiddels Madonna, hogepriesteres van de provocatie en de 'slechte smaak'. Tijdens de laatste Oscaruitreiking stond het gelukkige paar BBC-verslaggever Barry Norman te woord en kondigde aan samen de musical Evita te willen verfilmen. The Road to Wellville geeft aan wat we daarvan kunnen verwachten: een morbide, maar vlekkeloos geënsceneerd spektakel.
|
NRC Webpagina's
1 JUNI 1996
|
Bovenkant pagina |