F I L M A R C H I E F
|
![]()
OUDE
NUMMERS |
Broze handen uit het zwartHans BeerekampMet grote hardnekkigheid blijft de distributeur Argus Film alle films van Aleksandr Sokoerov in Nederland uitbrengen, ook al zijn er maar weinigen die het etherische, associatieve, ontoegankelijke werk van de beeldpoëet van de Russische ziel nog kunnen volgen. Zijn voorlaatste film, Een elegie uit Rusland - Etudes voor het dromen (1993), past in een lange reeks treurdichten, die documentaire elementen vermengen met fictie tot een soort hoogstpersoonlijke exercitie. Ook dit keer is het uitgangspunt weer de dood van een mens, dat ongrijpbare overgangsmoment tussen zijn en niet-zijn (of, zoals Sokoerov waarschijnlijk meent: een andere manier van zijn). Langzaam tekent zich uit een zwart beeld het detail af van broze handen, die vastgehouden worden door andere handen, met de diffuse geluiden van een sterfkamer. Dan schakelt Sokoerov over naar een ander soort beelden: enerzijds foto's van het eeuwige Rusland, genomen aan het begin van deze eeuw, anderzijds slecht geconserveerde journaalbeelden uit de Eerste Wereldoorlog. Op de geluidsband blijven we echter aanwezig in dezelfde ziekenhuiskamer. Er zijn nog wat andere fictiescènes, waaronder een enkele in kleur, van een vrouw in een blauwe jurk. Wat dit alles betekent, behalve flarden uit het onderbewustzijn van een filmkunstenaar, mag iedereen zelf invullen. Het is een onbegrensde bron voor speculatie, zwelgen en, inderdaad, dromen.
In het voorprogramma wordt een korte film vertoond, gecoproduceerd door
de aan de Nederlandse distributeur gelieerde stichting Argus en Sokoerovs
produktie-eenheid, de stichting Noord. De regisseur van Brief Gardens,
met Sokoerovs vaste cameraman Aleksandr Boerov en cutter Leda Semenova in
St. Petersburg opgenomen, is Nora Hoppe, een in Suriname opgegroeide
Amerikaanse, die sinds ze Marco Müller kwam assisteren als directeur
van het Filmfestival Rotterdam in Nederland gebleven is. De toon van
Sokoerov valt goed te herkennen in Brief Gardens, al heeft de meester in
jaren niet meer zo'n relatief concrete film gemaakt. Twee oudere vrouwen
en een man, en korte tijd een geit, poseren voor de camera in een
tuinhuis, omgeven door de zware lucht van natuur in verval. Ook hier zou
een verhaal te bedenken zijn over de personages, hun handelingen,
gedachten en onderlinge samenhang, maar ik zou me niet aan zulke
gevaarlijke speculaties durven overgeven. Het is goed dat zulke films
bestaan, geproduceerd en vertoond worden, al is het maar omdat ze
wellicht over honderd jaar profetisch zouden kunnen blijken. Vooralsnog
hoeft niemand zich geroepen te voelen er nu al naar te kijken.
|
NRC Webpagina's
1 JUNI 1996
|
Bovenkant pagina |