U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
    F I L M A R C H I E F  
NIEUWS  | TEGENSPRAAK  | SUPPLEMENT  | AGENDA  | ARCHIEF  | ADVERTENTIES  | SERVICE

  OUDE NUMMERS  
  FILMARCHIEF  
  DOSSIER OPSPORING  
  DOCUMENTATIESERVICE  

T I T E L : Demolition Man
R E G I E : Marco Brambilla
M E T : Sylvester Stallone, Wesley Snipes

Ingevroren held redt stad van vervaarlijke tiran in soepjurk

Joyce Roodnat
Het leek onmogelijk, maar het is toch waar: Sylvester Stallone speelt de hoofdrol in een film die van A tot Z zijn imago parodieert en dat ook nog zonder dat het stekelige effect direct onschadelijk wordt gemaakt met overduidelijke, niet serieus te nemen grollen. Het resultaat is verbluffend: Demolition Man werd een geslaagde, vederlichte actie-comedy. Er is, zoals dat hoort bij komedies, een waarschuwende ondertoon, terwijl de boventoon wordt gevoerd door een stroom van ginnegappende verwijzingen naar Stallone, naar zijn gelijken en naar zijn en hun films.

Zoals gebruikelijk geeft Stallone gestalte aan een overtuigd handhaver van de wet, een tot alles bereid beschermer van de zwakken, een huurling tegen het Kwaad dat, ook weer zoals altijd, wordt verpersoonlijkt in één héél slecht mens. Maar in deze film wordt op al die conventies een extra gewichtje gelegd. Alles buigt, niets barst, want dat zou flauw zijn. En zo is de held aan wie Stallone gestalte geeft een zo hartstochtelijk politieman dat hij bij het opkomen voor slachtoffers zelden een steen op de andere laat staan. Vandaar zijn bijnaam, want echte ruige cops hebben altijd ruige geuzennamen. Ooit werd een Stallone-personage getooid met de vervaarlijke naam Cobra. Nu moet hij het doen met 'de Sloper'.

Deze demolition man zien we aan het werk in Los Angeles in de zeer nabije toekomst. We schrijven 1996. Grote vlammen vreten aan de metershoge letters

H O L L Y W O O D. De grootste gang heeft de macht gegrepen en hun flamboyante, sadistische leider (Wesley Snipes met niet alleen een geblondeerde kuif maar ook nog één bruin en één groen oog) kraait koning, maar dat laat de Sloper niet op zich zitten. Hij weet onder donderend geraas van uitzinnige ontploffingen de boef in de boeien te slaan. De anticlimax volgt snel: zoals altijd bij Stallone-films worden eerlijke handhavers van recht en orde dwars gezeten door de malle wetten en regels die behalve weduwen en wezen ook misdadigers in bescherming nemen, maar in Demolition Man gaat dat heel ver. Net zo goed als de wrede gangleider wordt de Sloper streng gestraft en dat nog wel met een net ontwikkelde detentie-methode: nog geen twintig minuten na het begin van de film worden beiden voor vele tientallen jaren ingevroren.

Dat het tweetal elkaar in een verre toekomst opnieuw met extreem veel puin en lawaai zal bestrijden is geen verrassing. Wel opmerkelijk is hoe die toekomst er uitziet. Los Angeles is intussen San Angeles gaan heten en wordt beheerst door een paradijselijke rust, die tot in de malste details is opgelegd. Een vervaarlijke goeroe gaf vorm aan een verhuld totalitaire maatschappij: reuze lief, reuze repressief. En reuze geestig, want er is doorgeredeneerd tot in de uiterste consequenties van dergelijke zogenaamd vredebrengende filosofieën. Alleen al de manier waarop de volledig gecontroleerde stedelingen gekleed gaan, auto rijden en in een restaurant zitten is een middagje bioscoop waard. De Italiaan Mark Brambilla, die met deze film zijn speelfilmdebuut maakt, bracht zijn ruime ervaring als regisseur van talloze reclamefilms in stelling en ontwierp een spiegelgladde, dof-zachte sfeer die normaal gesproken beperkt blijft tot de microkosmos van dure huidverzorgingsprodukten of een hele milde sigaret. In die matte wereld slaat het zachtmoedig geworden politiekorps, residerend in een bureau dat geïnspireerd is op de brug van Star Trek's luchtschip Enterprise, dan ook op hol van de zenuwen als er geweld en zelfs meervoudige moorden worden gepleegd: hier zijn wij niet voor opgeleid! Uit de geschiedenisboekjes herinnert men zich de Sloper. Hij wordt ontdooid en eer hij deze maatschappij zal hebben gered van de tiran in zijn soepjurk, overtreedt elk hij ge- en verbod. Niet alleen doemt er geen glaswand op of hij loopt er doorheen, hij vloekt, hij stompt, hij kust en in de verplichte virtuele, veilige, seks ziet hij niets. Hij snakt naar een lekker ongezonde hamburger, of op zijn minst wat kleurrijke graffiti. De enige die deze oermens min of meer begrijpt is een jonge agente die uit snobisme dweept met de jaren negentig van de twintigste eeuw; een poster van Lethal Weapon III hangt aan haar muur, ze is gek op antieke reclamedeuntjes en in theorie weet ze veel van het geweld dat haar en haar nieuwe vriend het leven zal moeten redden.

De makers van Demolition Man hebben overal en nergens geroofd en geleend voor hun film. Vondsten uit Total Recall, de Mad Max- en de Lethal Weapon-films zijn in uitbundige hoeveelheden aanwezig, voor de score werd het Dies Irae geplunderd en het slordige verhaalverloop kent niet één originele wending. Wat Demolition Man desondanks zulk leuk vertier maakt is de enthousiaste vormgeving en Stallones zelfspot: ,,De Arnold Schwarzenegger-bibliotheek?'' ,,Ja, die is gesticht ter ere van zijn presidentschap''. ,,Schwarzenegger? President?'' ,,Ja, ook al was hij geen Amerikaan, hij werd ... .'' ,,Laat maar. Ik wil d'r niks over horen.''

NRC Webpagina's
1 JUNI 1996


    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)