F I L M A R C H I E F
|
![]()
OUDE
NUMMERS |
Ruimte en tijd tartende scènes van de laat ontdekte filmer Joeri IljenkoHANS BEEREKAMPEen oude man, die alleen woont naast een waterput aan de rand van de woestijn, bekijkt de ingelijste foto's aan de wand van zijn huisje. Uit de verte echoën kinderstemmen, die 'Ik, Ik, Ik' roepen. Een voor een draait hij de portretten van familieleden en voorouders om, met de afbeelding naar de muur. De man aarzelt bij een spiegeltje, maar besluit ook zijn eigen beeltenis om te keren. Slechts een foto resteert, van een jonge soldaat uit de Tweede Wereldoorlog. En door een raampje, zo groot als de andere lijsten, dat vaak uitzicht biedt op een allegorische molen, ziet hij weer de boodschapper aankomen met het bericht dat zijn zoon gesneuveld is. Dit is slechts een van de vele schitterende, ruimte en tijd tartende scènes uit de zwart-wit-film Bron voor de dorstigen (Rodnik dlja zjazjdoesjtsjich), waarmee de Oekraïener Joeri Iljenko (Tsjerkassy, 1936) in 1965 als regisseur debuteerde. Hoewel de film een legendarische reputatie verwierf, had bijna niemand hem ooit gezien. Pas in 1987 werd Bron voor de dorstigen in het kader van de 'bevrijding' van verboden films door een commissie van de Bond van Sovjet-filmers vrijgegeven. Sindsdien voltooide Iljenko nog tien andere speelfilms, waarvan alleen de laatste, een coproduktie tussen de Kievse Dovzjenko-studio en Canadese en Zweedse geldschieters, ook ruime internationale aandacht kreeg. Swan Lake - The Zone (Lebedine ozero, zona) kon bij de première op het festival van Cannes in 1990 bij voorbaat op grote cinefiele nieuwsgierigheid rekenen, omdat het scenario gebaseerd was op de gevangeniservaringen van Sergei Paradzjanov, de Georgisch-Armeense regisseur, voor wiens eveneens in Kiev (in 1964) opgenomen film De vuurpaarden Iljenko het opvallende camerawerk verricht had. Er wordt beweerd dat Iljenko en Paradzjanov tijdens de opnamen stevig van mening verschilden: de aan de Moskouse filmschool VGIK opgeleide cameraman was het niet eens met de statische beelden die Paradzjanov wenste. Toch is beider verwantschap duidelijk af te lezen, aan Paradzjanovs latere films, maar ook aan een gemeenschappelijke bewondering voor de Oekraïense filmpionier Aleksander Dovzjenko. Diens poëtische verheerlijking van het landleven in De aarde klinkt onmiskenbaar door in Bron voor de dorstigen, in De vuurpaarden en in Paradzjanovs folkloristische filmexperimenten. Onder minder repressieve politieke omstandigheden zou Iljenko waarschijnlijk uit hebben kunnen groeien tot een vooraanstaand Sovjet-cineast. Vermoedelijk miste hij echter, in tegenstelling tot Paradzjanov, talent voor het martelaarschap. Bron voor de dorstigen is een nog steeds indrukwekkend, visionair werkstuk, dat ondanks de rijke symboliek altijd aards en transparant blijft. Je vergeet niet snel het beeld van de oude man, die zichzelf een lijkkist heeft aangemeten, daar in gaat liggen, en dan een voor een de daar genestelde jonge katjes over de rand moet gooien. Of de montagescène van mensen uit verschillende tijden die zich laven aan de drinkput. De late ontdekking van Iljenko wordt bevestigd door de kwaliteiten van Swan Lake - The Zone, een interessante film, die echter veel zwaarder op de maag ligt dan Bron voor de dorstigen. Juist de last van de kennis van Paradzjanovs vervolging - hij was in de jaren zeventig opgesloten in dezelfde Oekraïense gevangenis waar Iljenko nu zijn film opnam - en de nadrukkelijke symboliek van Iljenko's allegorie, maken Swan Lake - The Zone soms onverdraaglijk. Het beeld van de overvliegende zwanen, die de gevangenen doen denken aan Tsjaikovski's 'Zwanenmeer', zaagt wel van heel dik hout planken. Maar de ontsnapping van de hoofdpersoon, die zich vervolgens schuil houdt in een industrieel monument voor de hamer en sikkel, overtuigt wel. Verraden door een vrouw, raakt hij opnieuw in gevangenschap en lijkt te sterven, maar in het lijkenhuis staat hij als Christus op uit de dood, vooral dank zij de transfusie van het bloed van een bewaker. Dat de man vervolgens uitgestoten wordt door zijn medegevangenen, omdat hij een 'bloedband' aangegaan zou zijn met de vijand, werpt een merkwaardig nieuw licht op de biografie van Paradzjanov, ook al is het duidelijk dat Swan Lake-The Zone op geen enkele manier opgevat kan worden als documentatie van de werkelijkheid. Eerder verwijst Iljenko, ook in de titel, naar 'de zone', dat metafysische niemandsland, in Tarkovski's Stalker.
Voorafgaand aan een tournee van de films van Paradzjanov (waaronder De vuurpaarden en de oorspronkelijk, verloren gewaande montage van De kleur van granaatappels), vertoont het Filmmuseum in Amsterdam een week lang beide films van Iljenko. Vooral Bron voor de dorstigen biedt een noodzakelijke aanvulling op onze kennis van de Sovjet-cinema van de jaren zestig.
|
NRC Webpagina's
1 JUNI 1996
|
Bovenkant pagina |