
OUDE
NUMMERS
FILMARCHIEF
DOCUMENTATIESERVICE
|
T I T E L : |
The Thin Red Line |
R E G I E : |
Terrence Malick |
M E T : |
Sean Penn, Nick Nolte, Woody Harrelson, Jim Caviezel, Ben Chaplin, John Cusack, Elias Koteas, George Clooney, John Travolta, John C. Reilly |
Vechten en filosoferen in de zon
Door HANS BEEREKAMP
Er landen weer Amerikaanse soldaten op verre kusten, kauwgom kauwend, de
helmbandjes los naar beneden hangend, denkend aan geliefden in Kentucky
of Brooklyn, voordat ze zonder aanzien des persoons worden neergemaaid
door vijandelijk mitrailleurvuur.
Een kwart eeuw na het einde van de Vietnamoorlog is dit niet de actuele werkelijkheid van computergestuurde precisiebombardementen, maar de renaissance van de mythische Amerikaanse oorlogsfilm. Twee van de vijf als 'beste film' voor
een Oscar genomineerde producties (de burleske travestie van de
Holocaust, La vita è bella, buiten beschouwing latend)
spelen zich af op de slagvelden van de Tweede Wereldoorlog.
De ene, Steven Spielbergs Saving Private Ryan (elf
Oscarnominaties), vermengt een nieuw soort gruwelijk realisme met de
boodschap dat de geallieerde landing in Normandië zinvolle offers
met zich mee bracht, voor het geval we dat vergeten waren. De andere,
Terrence Malicks The Thin Red Line (zeven nominaties, waarvan die
voor cameraman John Toll de waarschijnlijkste bekroning oplevert), tapt
uit een ander vaatje. Malick, voormalig filosofiedocent en vertaler van
Heidegger, beschouwt bijna drie uur lang de universele, bijna mystieke
absurditeit van krijgsheldendom, van Homerus tot
Kosovo. Hij baseerde zich daarbij op de gelijknamige roman uit 1962 van
James Jones: veteraan van Guadalcanal, auteur van From Here to
Eternity en de door Kris Kristofferson gespeelde vaderfiguur in
James Ivory's speelfilm A Soldier's Daughter Never Cries.
Jones' specifieke mengeling van lyriek en martiaal machismo sluit goed
aan bij de minstens zo bijzondere stijlopvattingen van Terrence
Malick (Ottawa, Illinois, 1942). Na de regie van twee legendarische
cultfilms, Badlands (1973) en Days of Heaven (1978), beide
gekenmerkt door impressionistische landschapsbeelden en een dwingende
voice-over, verdween Malick ver uit het gezicht
van Hollywood. Hij vertrok naar Parijs, werkte jaren vergeefs aan een
grootscheepse documentaire over de oorsprong van het leven, en groeide
uit tot een absente, dus mysterieuze goeroe, naar wiens terugkeer
twintig jaar lang werd uitgekeken.
The Thin Red Line, deze week in Berlijn bekroond met een Gouden
Beer, is een prestigeproductie van 55 miljoen dollar met een uit sterren
opgebouwde rolbezetting, die alom felle reacties oproept, pro en contra.
Malicks plechtige benadering van de slag om Guadalcanal, een Melanesisch
eiland, is een makkelijke prooi voor parodiëring: admiraal John
Travolta en luitenant-kolonel Nick Nolte voeren tegen
de achtergrond van de ondergaande zon een filosofisch debat over het
wezen van de oorlog. Maagdelijke beelden van een ongerept eilandparadijs
contrasteren met gevechtshandelingen, terwijl de sterren buiten beeld
kreten fluisteren als: 'Sterven! De overwinning!'. IJzervreter Nolte
bekvecht met kapitein Elias Koteas over de zin van een kamikaze-aanval
op een onneembare heuvel, een andere militair ziet steeds zijn verloofde
voor zich in een dun zomerjurkje en zacht licht. En steeds zijn er weer
tropische vogels en velden met hoog gras.
The Thin Red Line is een film die gemaakt lijkt te zijn om er
Oscars mee te winnen, net als overigens Shakespeare in Love. Ik vond Ma lick in zijn eerste twee
films veel overtuigender dan in dit topzware, vaak quasi-artistieke
geneuzel. Het best zijn sommige momenten van de acteurs (John Cusack,
Koteas, Nolte), van wie geen enkele een Oscarnominatie kreeg.
|
NRC Webpagina's
24 FEBRUARI 1999
|